Dromen over taartjes in het onderwijs

Opvoeding en onderwijs

De directeur voor me keek me aan met een uitdrukking die de duidelijke boodschap gaf: wat ik nu ga zeggen is zo klaar als een klontje, een waarheid als een koe en zo duidelijk als wat. Ik ging wat rechter zitten want op zulke momenten moet je extra opletten: voordat je het weet ga je mee in al die voor-de-hand-liggendheid en geloof je er zelf ook nog in.

‘Het ís gewoon zo, dat de mensen binnen mijn team te veel werk hebben. En drie van die kinderen die dan heel veel aandacht vragen in de groep, ja, ik denk dan óók, die zouden eigenlijk naar het speciaal onderwijs moeten… Maar dat mag je niet denken natuurlijk.. En er moet steeds meer. Ze moeten allerlei dingen invullen, analyses maken en dan weer plannen maken. Ze komen nauwelijks toe aan overdenken of wat ze doen wel werkt. En ze hebben ook geen zin meer: wanneer er iets moet gebeuren schuift iedereen de bal door. Het gaat binnen mijn team altijd over ‘of iets wel in je takenpakket zit’.

Auw. Ik denk dan: leerkrachten gevangen in de waan van de dag. Jezelf voorbij hollen en buiten adem je bestemming nooit bereiken.

Ik denk dan: zo boven zo beneden.. hoe druk heeft deze directeur het met regelen, plannen, bijhouden, sturen? Heel druk, stel ik me zo voor. De boel onder controle houden en beheersen is een heleboel werk. En werk waarvan je maar weinig energie krijgt.

Het is net als met goedkope zoute chips, deze waarheid: ééntje ervan nemen betekent uiteindelijk gewoon die hele zak. Mét vettige dipsaus, als je niet uitkijkt. Je voelt jezelf van binnen al dichtslibben. En dan zit je daar, met dat denkkader. Benauwd. Beklemd. En heel erg dorstig.

Ik denk dan: maar dat kan dus ook anders. Deze waarheid is schijn. Laten we hem ontmaskeren als de bedriegende, zand in de ogen strooiende, verleidelijke charmeur die hij is en zelf kiezen hoe we in onze organisatie willen staan. Verleidelijk? Ja, want het is zo verleidelijk te denken: ik kan er niets aan doen. Dit ligt buiten mij. Den Haag. Ons bestuur. Het is zo verleidelijk geen verantwoordelijkheid te hoeven nemen.  De buurman. De ander.

Ik droom dan: ik zie een leerling die zich betrokken voelt. Die eigenaar is van zijn eigen leerproces. Nieuwsgierig en open bewust kan kiezen. Dat vraagt om een leerkracht die daarop stuurt. Die de autonomie van de kinderen in de klas kan bewaken en laten opbloeien waar nodig. Een leerkracht dus, die zelf óók autonoom is. Zelfvertrouwen en lef heeft. Betrokken is. Eigenlijk een leerkracht die eigenaar is van zowel zijn eigen leerproces als verantwoordelijkheid voelt voor de processen van de kinderen in de groep. Die nieuwsgierig is en bewust kan kiezen. En dat vraagt weer om een directeur die daarop stuurt. Die de autonomie binnen zijn team kan bewaken en stimuleren waar nodig. Die het zelfvertrouwen en lef van zijn team stimuleert en vergroot. Die daar bewust voor kiest. Dus zelf ook zelfvertrouwen en lef heeft. Die daarin wordt gesteund en daarop wordt begeleid indien nodig.

Ik droom dan even door: een fantastische heerlijk ruikend volle keuken. Met kruiden aan de muren, potten en pannen in alle maten en soorten, een gigantisch fornuis. Alle ingrediënten die je kunt bedenken. Waarin je als school je eigen taart kunt bakken. En je kiest zelf wat je er in stopt. Dat betekent niet dat je de ingrediënten die je er niet in zou willen stoppen moet weren uit die keuken, nee! Er is vast wel een ander die daar graag mee kookt.

Natuurlijk heeft elke taart basis ingrediënten.  En elke kok kan je vertellen dat er in elk gerecht dingen zitten die op zichzelf of in grote hoeveelheden minder fijn zijn. Die je met een nare smaak in de mond kunnen achterlaten.

Maar in de juiste bewust gekozen uitgekiende combinatie en verhouding wordt dat wat vies is weer erg lekker. En is het elke dag feest.